Op deze pagina vindt u een aantal onderzoeken waarin (Gezonde) School een rol speelt, gespecificeerd per jaar. Komt u een ander rapport tegen over Gezonde School? Dan ontvangen wij deze graag op info@gezondeschool.nl, onder vermelding van 'Rapporten Gezonde School'.

Jaarrapportage Gezonde School 2018

Highlights van 2018 beschrijft compact de behaalde resultaten van het programma  Gezonde School in 2018.

Programmaplan en jaarrapportage Gezonde School 2017

Gezonde School  is een programma dat zich erop richt zoveel mogelijk scholen onder de noemer ‘Gezonde School’ integraal en structureel te laten werken aan een gezonde leefstijl om daarmee gezondheidswinst te bereiken. In het programmaplan Gezonde School 2017-2020 leest u over de plannen voor de uitvoering van Gezonde School. Een verkorte versie van het programmaplan leest u in de samenvatting. Deze is ook in het Engels beschikbaar. 

Rapport: Jaarrapportage 2017 Gezonde School (juni 2018). Of lees de compacte versie van de behaalde resultaten in de highlights van 2017. De bijlage van de jaarrapportage: Monitoringsmodel en resultaten 2017 is op te vragen via info@gezondeschool.nl 

Voorstudie effectonderzoek naar Gezonde School in Nederland

Voor het onderzoek naar de effectiviteit van de Gezonde School in het Nederlandse primair onderwijs (PO), voortgezet onderwijs (VO) en middelbaar beroepsonderwijs (MBO), heeft TNONederlandse organisatie voor Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek opdracht van ZonMw Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie (Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie) deze voorstudie gemaakt.

Rapport: Voorstudie effectonderzoek naar Gezonde School in Nederland (maart 2017).

De voedingsomgeving op scholen: De stand van zaken in het voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs anno 2015

Ongeveer 80 procent van de scholen geeft aan dat zij de afgelopen jaren meer aandacht aan gezonde voeding hebben besteed. Ook is het voedingsaanbod op school verbeterd: in de kantines worden bijvoorbeeld meer gezonde producten (uit de Schijf van Vijf) aangeboden dan ongezonde, zoals snacks en frisdrank. Wel is het aanbod in de fris- en snackautomaten duidelijk ongunstiger dan in de kantine. Om het voedingsaanbod te verbeteren kunnen gezondere keuzes in het assortiment worden opgenomen, bijvoorbeeld door wit brood te vervangen door volkoren brood, en drinkwatervoorzieningen worden aangeboden, zoals een waterkoeler of een kraan buiten het toilet.

Dit blijkt uit een onderzoek van het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) dat is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport)). Hiervoor hebben 361 vestigingen van scholen in het voortgezet onderwijs en 88 vestigingen van het middelbaar beroepsonderwijs (mbo middelbaar beroepsonderwijs (middelbaar beroepsonderwijs)) een online-vragenlijst ingevuld.

RIVM Rapport De voedingsomgeving op scholen: De stand van zaken in het voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs anno 2015.

Gezondheidsbevordering op school. Wensen en prioriteiten van scholen bij gezondheidsbevordering van leerlingen

Dit onderzoek had tot doel om meer zicht te bieden op wat scholen nodig hebben en wat zij wensen bij het verder ontwikkelen van een gezonde leeromgeving voor leerlingen en studenten. Deze doelstelling is onderzocht door schoolleiders een korte vragenlijst over gezondheidsbevordering voor te leggen. 

De belangrijkste bevindingen worden in deze rapportage gepresenteerd. Tevens zijn enkele aanbevelingen geformuleerd. Zo lijken schoolleiders de meeste behoefte te hebben aan intern gerichte acties die hen motiveren tot het vormgeven van een gezonde leeromgeving, zoals: goede voorbeelden van andere scholen, profileren van gedane inspanningen op dit gebied en een checklist voor gezondheidsbeleid. Een andere maatregel die veel is gekozen om meer werk te maken van een gezonde leeromgeving is financiële ondersteuning.

Rapport Mulier Instituut: Gezondheidsbevordering op school. Wensen en prioriteiten van scholen bij gezondheidsbevordering van leerlingen.

Op weg naar duurzame en planmatige gezondheidsbevordering op school!

Een kwalitatief onderzoek naar de mogelijkheden om de implementatie van de ‘Gezonde School’ aanpak in het primair onderwijs in de gemeente Den Haag te optimaliseren. 

Afstudeeronderzoek, De Haagse Hogeschool,Faculteit Gezondheid, Voeding en Sport: Op weg naar duurzame en planmatige gezondheidsbevordering op school!

Schoolgezondheidsbeleid in beweging

In opdracht van het Ministerie van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) en het Ministerie van OC&W ontwikkelen PABO’s een curriculum voor het opleiden van Gezonde School coördinatoren. Dit te ontwikkelen curriculum is gebaseerd op de Gezonde School-aanpak. Om te kunnen bepalen welke kennis deze studenten hiervoor nodig hebben is het eerst van belang om te onderzoeken waar de verschillen in beleid door worden bepaald. Dit onderzoek richt zich op het beweeg-, sport- en voedingsbeleid van scholen. Het tracht de verschillen van het gevoerde beleid op deze onderwerpen te achterhalen door de succesfactoren en de belemmerende factoren van het beleid te onderzoeken. De informatie uit dit onderzoek kan vervolgens gebruikt worden voor het te ontwikkelen van het pabo curriculum zodat dit optimaal aan kan sluiten bij de behoefte uit het werkveld.

Masterpiece in het kader van de Master of Sports aan de Fontys Sporthogeschool, Auteur: Winona Ensink: Schoolgezondheidsbeleid in beweging.

Samen veilig naar school;  Hoe ouders aankijken tegen de school-thuisroute

Veilig Verkeer Nederland (VVN) zet zich al jaren in voor het verbeteren van de verkeersveiligheid op en rond scholen en school-thuisroutes. Om in de toekomst beter werk te kunnen verrichten op het gebied van verkeersveilige schoolomgevingen is het voor VVN belangrijk om representatieve uitspraken te kunnen doen over het reisgedrag van basisschoolkinderen op de school-thuisroute. Basisschoolkinderen zijn meestal tussen de 4 en 12 jaar en mogen nog niet zelf beslissen hoe ze zich van en naar school verplaatsen. Dit bepalen de ouders. Omdat de ouders zo'n grote invloed hebben op de manier van reizen van basisschoolkinderen is het interessant te onderzoeken waarom ouders hun kinderen op een bepaalde manier naar school laten gaan. Centrale vraag in dit onderzoek is dan ook "wat zijn de belangrijkste motieven van ouders om de kiezen voor een bepaalde vervoerwijze?".

Rapport Mulier Instituut: Samen veilig naar school;  Hoe ouders aankijken tegen de school-thuisroute.

Motorische fitheid van basisschoolkinderen (10-12 jaar). Factoren geassocieerd met kracht, snelheid, lenigheid en coördinatie

Motorische fitheid van kinderen is een essentieel onderdeel van fysieke fitheid en is van belang voor een actieve leefstijl. Deze rapportage beschrijft de stand van zaken van motorische fitheid, zoals kracht (maximale dynamische en statische kracht, krachtuithouding, explosieve kracht), snelheid, lenigheid en coördinatie, bij basisschoolkinderen. De resultaten geven inzicht in het niveau van fitheid van kinderen van tegenwoordig ten opzichte van jaren geleden. Daarnaast geven de resultaten meer inzicht in welke kinderen zich in mindere mate ontwikkelen op het terrein van kracht, snelheid/wendbaarheid, coördinatie en flexibiliteit. Programma's kunnen dan specifieker ingezet worden om fitheid, participatie en gezondheid te verbeteren.

Rapport Mulier Instituut: Motorische fitheid van basisschoolkinderen (10-12 jaar). Factoren geassocieerd met kracht, snelheid, lenigheid en coördinatie

Bewijs voor causale relatie tussen sport en bewegen en schoolprestaties nog licht

Sport en bewegen op school heeft duidelijk positieve effecten op motorische en beweegvaardigheden, fitheid, hersenstructuur en (executieve) functies van kinderen. Het wetenschappelijke bewijs voor de causale relatie tussen sport en bewegen op school en schoolprestaties is echter nog licht. Duidelijk is wel dat meer sport en bewegen op school de schoolprestaties van kinderen niet vermindert.

Dit is een van de conclusies van het Mulier Instituut dat, op verzoek van de ministeries van OCWMinisterie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, onderzoek heeft verricht naar de causale relatie tussen sport en bewegen op de basisschool en leerprestaties. Deze voorstudie is in een expertmeeting besproken. Met experts op dit onderzoeksgebied is gesproken over de lacunes in het onderzoek naar de relatie tussen sport en bewegen en schoolprestaties en de wenselijke onderzoeksaccenten voor de toekomst.

Rapport Mulier Instituut: Effecten van sport en bewegen op de basisschool: voorstudie naar de relatie tussen sport en bewegen op school en schoolprestaties (nro.nl). 

Social media effects among primary school children

The aim of this study was to gain information about how and why primary school children between the ages of six and twelve use the Internet. The main focus was to provide practical suggestions on preventing cyberbullying. For this research we conducted four focus groups. According to the findings children from all age groups are frequent users of the Internet but only ten to twelve year-olds use social media. Younger children only go online for entertainment reasons. All children were aware of the risks of using the Internet and were familiar with the concept of cyberbullying. They were also able to come up with ideas of how they would deal with cyberbullying and how to protect themselves while being online. As a result to the children’s answers and ideas, recommendations were made for RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu). These recommendations include creating an anti-cyberbullying website, implementing a ‘bully police’ and having counselors on schools.

Rapport: Social media effects among primary school children (Universiteit van Amsterdam en RIVM Centrum Gezond Leven) 

Gezonde Kinderen in een Gezonde Kindomgeving (GKGK)

In dit onderzoek deden 37 Nederlandse en Duitse basisscholen in 12 steden mee. Zij stimuleerden kinderen om dagelijks een uur te bewegen en verzamelden wekelijks kennis over gezondheid. Dit onderzoek laat na een periode van 3 jaar fraaie resultaten zien. Doel was om bewegingsarmoede en overgewicht tegen te gaan, en daarnaast de motorische ontwikkeling te bevorderen. Meerder componenten werden tegelijk beïnvloed: het bewegen, de voeding, en via de opvoeding het gedrag, de slaap en het mediagebruik. De focus op één component is niet effectief. Ook is samenwerking tussen de gemeente, de scholen, de schooldirecties, de leerkrachten, de sportverenigingen, de GGD Gemeentelijke gezondheidsdienst (Gemeentelijke gezondheidsdienst) afdeling Jeugdgezondheidszorg, de ouders en de kinderen en het midden- en kleinbedrijf een voorwaarde.

Persbericht: Longitudinaal onderzoek Gezonde Kinderen in een Gezonde Kindomgeving (Stichting Nederland, Pdf, 248 Kb) 

Overgewichtpreventie in voortgezet onderwijs

Sinds 2006 zijn er zowel positieve als minder positieve ontwikkelingen in het voedingsaanbod op middelbare scholen. Zo wordt er bijvoorbeeld meer bronwater aangeboden, maar tegelijkertijd neemt het aantal scholen dat pizzapunten verkoopt toe. Dit blijkt uit onderzoek van het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) Centrum voor Preventie en Zorgonderzoek naar overgewichtpreventie in het voortgezet onderwijs. De resultaten laten ook zien dat ruim een derde van de scholen meer tijd besteedt aan overgewicht binnen de vakken biologie en verzorging. Ook voeren de meeste scholen naast de reguliere lesstof projecten uit rondom overgewicht, bewegen en voeding. Ongeveer een derde van de scholen vindt zichzelf mede verantwoordelijk voor de preventie van overgewicht bij hun leerlingen.

Nieuwsbericht: Overgewichtpreventie in het onderwijs (Rivm.nl) 

Bewustwordingsproject "Binnenmilieu op basisscholen"

PGV Nederland (voorheen GGDGemeentelijke/Gewestelijke Gezondheidsdienst Nederland) heeft in samenwerking met 28 GGD'en scholen bezocht en geïnspecteerd. Doel was tweeledig:Ten eerste de aandacht voor ventilatie bij leerkrachten en leerlingen te vergroten. Ten tweede het geven van concrete adviezen voor het verbeteren van het binnenmileu.  

Presentatie: resultaten bewustwordingsproject "Binnenmilieu op basisscholen (GGD Nederland, Ppt, 777 Kb)  

De sociale gevolgen van verslaving

Deze studie onderzocht een aantal belangrijke negatieve gevolgen van alcohol- en drugsverslaving. Namelijk de verstoring van sociale relaties, schooluitval, dakloosheid en het ontstaan van schulden en huiselijk geweld. Een belangrijke conclusie is dat er een causaal verband gevonden is tussen middelengebruik (voornamelijk alcohol en cannabis) en schooluitval. Dit onderzoek is uitgevoerd door het IVO, in opdracht van de programmacommissie Risicogedrag en Afhankelijkheid van ZonMw Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie (Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie). Publicatie december 2011.

Rapport: De sociale gevolgen van verslaving (ZonMw, Pdf, 1,3 Mb) 

Onderzoek: Aantrekkelijk presenteren interventies onderwijs

KlasseTV heeft in opdracht van RIVM Centrum Gezond Leven onderzoek gedaan naar de wijze waarop onderwijsprofessionals interventies over gezond eten en bewegen op een digitale aantrekkelijke manier gepresenteerd willen krijgen.

Rapport: Aantrekkelijk presenteren interventies onderwijs (KlasseTV, Pdf, 4,1 Mb)

Monitor Convenant Gezond Gewicht - Nulmeting (determinanten van) beweeg- en eetgedrag van kinderen (4-11 jaar), jongeren (12-17 jaar) en volwassenen (18+ jaar)

Ter evaluatie van de doelen van het Convenant Gezond Gewicht (hierna: Het Convenant) zal TNO, in opdracht van Het Convenant, jaarlijks van 2010 tot en met 2014 rapporteren over het beweeg- en eetgedrag van de Nederlandse bevolking. In dit rapport wordt de eerste meting, de zogenaamde nulmeting, beschreven van (determinanten van) beweeg- en eetgedragingen bij kinderen van 4 tot en met 11 jaar, jongeren van 12 tot en met 17 jaar, en volwassenen van 18 jaar en ouder, peiljaar 2010.

Monitor: Convenant Gezond Gewicht Nulmeting (determinanten van) beweeg- en eetgedrag van kinderen (TNO, Pdf, 311 Kb)

De leefstijl van mbo middelbaar beroepsonderwijs (middelbaar beroepsonderwijs)-studenten in Nederland 2009-2010

In opdracht van verschillende ROC's heeft TNO (Behavioural and Societal Sciences) de leefstijlgegevens van mbo-studenten onderzocht die in het studiejaar 2009-2010 deelnamen aan de leefstijlscan op Testjeleefstijl.nu. Deze leefstijlgegevens zijn vergeleken met de leefstijlgegevens van de mbo-studenten die in 2008-2009 deelnamen aan de leefstijlscan.

Rapport: De leefstijl van mbo-studenten in Nederland 2009-2010 (TNO, Pdf, 480 Kb) 

Inventarisatie van leefstijlinterventies in het middelbaar beroepsonderwijs

In opdracht van ZonMw Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie (Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie) heeft het W.J.H. Mulier Instituut onderzoek verricht met de vraagstelling: “Welke leefstijlinterventies zijn er beschikbaar om in te zetten in het mbo, welke lijken het meest kansrijk en is er sprake van lacunes in het aanbod van en kennis over de interventies?”. De geïnventariseerde interventies richten zich op de thema’s gezonde leefstijl, relaties en seksualiteit en geestelijke gezondheid.

Rapport: Inventarisatie van leefstijlinterventies binnen de mbo-setting (W.J.H. Mulier Instituut, Pdf, 2,4 Mb)